Zondag 6
april stonden we rond half 9 op. We hadden alle 3 redelijk goed geslapen en
waren klaar voor een nieuwe dag. Elfi had vandaag corvé, wat betekende dat zij
samen met haar team ‘Pokigron’ verantwoordelijk was voor het eten van vandaag.
Zij moest opstaan rond 8 uur om broodjes kaas voor iedereen klaar te maken. Na
het eten kregen we de kans om samen met de leerkrachten een rondleiding te
maken in het dorp ‘Jaw Jaw’. We waren uiteraard allemaal benieuwd wat er
allemaal te zien was.
We
wandelden door het dorp en kwamen aan bij de school van het dorp, het schooltje
waar ik zou lesgeven. We 'piepten' binnen in de lokalen en maakten enkele foto’s.
Mijn klas bevond zich niet in het schoolgebouw zelf, maar was een apart huisje.
Van buiten leek het gezellig, maar binnen bleek het maar een armtierig klasje te
zijn… Het gebouw had last van vleermuizen, wat duidelijk te merken was aan de
geur en aan het vleermuizen nest vanachter in de hoek van de klas. Er waren ook
vochtproblemen wat voor heel wat schimmels op de muren zorgde.
Na het
verkennen van de school gingen we verder met onze wandeling. We gingen het bos
in tot we aan een klein beekje kwamen. Het water was er veel kouder dan in de
Suriname rivier, wat een leuke verfrisser was. De Surinaamse stagiaires hielden
heel hard van geposeerde foto’s. Er vond daar dus een echte fotoshoot plaats.
In het bos zelf vonden we grote vruchten op de grond. De vruchten waren open,
wat een soort van kommetje werd. Heel mooi om te zien.
Op het
gemak wandelden we terug naar onze slaapplaats. Daar aangekomen trokken we vlug
ons zwemgerief aan om wat te baden in het water. Het eten bleek nog lang niet
klaar te zijn, dus was zwemmen de oplossing. Ook vandaag zat de timing dus nog
niet zo goed. Rond 2 uur was het eten dan eindelijk klaar. Vandaag kregen we
kip met rijst en kool. Het was wel lekker! Om half 4 had iedereen een afspraak
op zijn stageschool. Mijn juffrouw stond klaar om kennis met me te maken. Het
was een oud vrouwtje die er niet zo vriendelijk uitzag, maar na de kennismaking
veranderde ik mijn eerste gedacht helemaal. Hoe meer we babbelden hoe
vriendelijker ze werd. Ik keek er dus naar uit om haar klasje een week over te
nemen. Ik kreeg enkele onderwerpen opgegeven van lessen die ik de volgende dag
al mocht geven. De boeken en de handleidingen kreeg ik mee naar huis zodat ik
me zo goed mogelijk kon voorbereiden. Ik nam het rooster over en vertrok terug
naar huis.
Aangekomen
in het dorp begon ik onmiddellijk met de voorbereidingen. Blijkbaar waren wij
de enige. De Surinaamse stagiaires zagen we helemaal niets voorbereiden, dat
vonden we wel wat raar aangezien dit hun eindstage was. Wanneer de
voorbereidingen klaar waren, was het opnieuw tijd om te eten. Als avondmaal
kregen we soate soep, soep met gepluimde kip en rijst. Na het eten was er nog
de avondzege en kropen we allemaal vlug in ons bedje zodat we wat uitgerust
waren tegen het begin van onze stageweek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten